De verkiezingen in Nijmegen hebben een verrassende wending genomen. Weliswaar bleef GroenLinks de grootste, hoewel het 2 zetels verloor, maar dat de Stadspartij van 3 naar 7 zetels klom kwam voor iedereen als een verrassing. Zelfs voor de Stadspartij zelf.
Onder andere de Gelderlander sprak van een grote omwenteling en vroeg zich af of deze twee partijen ooit samen in een college kunnen zitten. In hun beeldvorming staat het volkse Dukenburg en Lindenholt tegenover het links elitaire Nijmegen oost. En toegegeven, de Stadspartij draagt flink bij aan deze beeldvorming. Ze zet het beeld neer van realisten (zij zelf uiteraard) tegenover een linkse elite die vooral voor de mooie woorden gaat.
Wie de moeite neemt de standpunten eens echt naast elkaar te leggen moet tot de conclusie komen dat er niet vreselijk veel licht tussen beide partijen zit. Ook de Stadspartij erkent dat we van het gas af moeten en moet nog maar eens hard maken dat er in Havanna aan de Waal vooral gepraat is. Maar door zich zo nadrukkelijk af te zetten tegen het vorige stadsbestuur is ze er in geslaagd veel kiezers die moeite hebben met de linkse uitstraling van Nijmegen naar zich toe te trekken. Een slimme strategie kortom.
Jean Paul Broeren is zo ongeveer de verpersoonlijking van deze tegenstelling. Zij het dat hij op één punt een echt struikelblok is tussen de Stadspartij enerzijds en GroenLinks anderzijds. Hij blijkt namelijk een enorme aanhanger van de religie die de auto als heilige koe hanteert. Hij is één van die mensen die nog steeds schijnt te geloven dat iedereen altijd overal met de auto naar toe moet kunnen. We gaan immers allemaal elektrisch rijden, dus wat is het probleem?
Dat die elektriciteit voorlopig nog niet duurzaam wordt opgewekt, dat er flink weerstand is tegen al die windmolens, dat al die accu’s ook niet echt duurzaam zijn, dat er in een binnenstad geen ruimte is om maar onbeperkt auto’s te parkeren, dat al die auto’s het straatbeeld er niet bepaald leefbaarder op maken, dat je ook aan volksgezondheid doet door mensen uit de auto op de fiets te krijgen en dat het de verkeersveiligheid ook nog eens ten goede komt…. Het ontgaat hem blijkbaar allemaal in de jacht op stemmen van de verstokte autorijder.
Maar gaat dit een coalitie Groenlinks – Stadspartij – D66 verhinderen. Ik geloof er niets van. De taal van de Stadspartij met betrekking tot verkeer en vervoer lijkt verdacht veel op die van D66. Een partij die ook niet echt hardop durft te zeggen dat het autoverkeer best ietsje minder kan en kiest voor fiets, openbaar vervoer en auto. Maar al vier jaar met Groenlinks in een college zit en samen met deze partij de Graafse Weg heeft versmald. In die coalitie zat trouwens ook de SP die mordicus tegen het versmallen van de Graafseweg was.
Onze suggestie voor de zin over autoverkeer in het nieuwe collegeakkoord: “we kiezen voor de auto daar waar het moet en voor de alternatieven daar waar het kan”. Lijkt me een heel realistische dan Jan en Alleman maar met de auto naar de stad laten rijden. En bij de Stadspartij zijn ze graag realistisch.
RA 31-3-’22