Waterschap

In Nederland mag je elke 4 jaar normaalgesproken vijf keer stemmen. De 2e kamer, de gemeenteraad en de provincie, daar komen de meeste mensen wel op. En oh ja, er is natuurlijk ook nog Europa. Die 5e zal wellicht de meeste problemen opleveren, maar wie goed opgelet heeft de laatste heeft het waarschijnlijk al wel opgemerkt. En anders hoef je alleen maar even naar de titel van deze overpeinzing te kijken.

Eeuwenlang waren die waterschappen ook weinig aansprekend. Water was nog geen probleem in Nederland. Het leek vooral een aangelegenheid voor boeren, die het waterpeil aangepast wilden zien aan hun wensen. Vooral niet te hoog als ze met hun steeds zwaardere machines het land op moesten, maar natuurlijk ook weer niet te droog. De gewassen moesten natuurlijk wel voldoende water krijgen.

Inmiddels is water wel een probleem. Met de klimaatverandering is er soms ineens heel veel water, terwijl we op andere momenten weer te kort komen. En natuurlijk zijn we er inmiddels veel meer van doordrongen dat ook de natuur water nodig heeft. En omdat de werking van landbouwgif niet ophoudt bij de akkerrand is dat gif ook meer en meer een probleem geworden. Ook een verantwoordelijkheid voor de waterschappen.

Althans, in de wateren waar zij voor verantwoordelijk zijn. Want Rijkswaterstaat gaat natuurlijk over de grote rivieren. De waterkwaliteit in die grote rivieren heeft veel aandacht, al betekent dat nog niet dat het ook altijd goed gaat natuurlijk. Maar hoe zit het met de waterkwaliteit in al die sloten en beekjes?

Kunnen kinderen, net als wij vroeger, nog op zoek naar dikkopjes en andere diertjes in de sloot in de buurt? En welk risico lopen ze dan? Want ook rond deze kleinere wateren loopt de biodiversiteit natuurlijk achteruit. Het duurzaamheidscafé besteedt er op 7 maart uitgebreid aandacht aan. Wellicht een gelegenheid om ook jouw licht eens op te steken. Zodat je goed voorbereid naar de stembus kunt.